MET HET MES OP TAFEL
'Corona heeft geleerd dat afstandsonderwijs in alle situaties mogelijkheden biedt’
In ‘Met het mes op tafel’ staat een actuele stelling centraal waarop twee betrokkenen uit het veld inhoudelijk reageren. Scholen en kinderen hebben tijdens corona ervaren dat onderwijs op afstand mogelijk is en succesvol kan zijn. Hierdoor lijkt er een grens weggevallen. Wereldreizen worden mogelijk, dankzij onderwijs op afstand. Toch? Of niet? Daarom is de stelling in deze ‘Met het mes op tafel’: 'Corona heeft geleerd dat afstandsonderwijs in alle situaties mogelijkheden biedt’.
‘Eens, versoepeling is nodig’
Liesbeth Uithol, eigenaar ‘NoMadness In My Bus’ – ‘Met mijn bedrijf ondersteun ik mensen die een reizend bestaan willen realiseren en locatie-onafhankelijk willen werken. Zelf heb ik met vriend en zoon 8 maanden rondgereisd in Europa. Hiervoor moesten we ons uitschrijven uit het basisregister van Nederland om onder de leerplicht uit te komen. Iets anders was niet mogelijk. Daarom reizen veel Nederlanders nu als de kinderen onder de 4 jaar zijn. Zonde, want zo is het voor de kinderen geen blijvende herinnering. Inmiddels woon ik in Spanje en volgt mijn 14-jarige zoon in Nederland ‘gewoon’ onderwijs op school.’
‘Mede door corona konden we zien dat we vastzitten in een ouderwets onderwijssysteem en hebben we gemerkt dat het ook anders kan. Ik denk niet dat afstandsonderwijs voor alle kinderen werkt. Er is wel een soort basisreglement nodig. Maar we moeten niet te angstig zijn. Ik denk dat niet zozeer de kinderen moesten wennen, maar de ouders. Ook thuis kun je dagelijkse patronen invoeren. In de Verenigde Staten en België zijn ze er al veel meer aan gewend, dáár vind je de 'best practises'.’
‘We zouden ook eerst eens kunnen kijken naar waar meer ‘vrijheid’ mogelijk is. Veel vakken sluiten niet meer aan op wat kinderen nodig hebben voor hun toekomst. Welk nut heeft topografie, nu we Google Maps hebben? Daarentegen zijn sociale vakken nóg belangrijker in een individualistische maatschappij. Ook een vak ‘toekomst’ is geen slecht idee, met de snel voortschrijdende technologische ontwikkelingen. Versoepeling én modernisering is nodig, zoveel heeft corona duidelijk gemaakt.’
‘Oneens, onderwijs leert kinderen ‘meedoen’’
Jan-Willem Koene, coördinator Kwaliteit en Innovatie bij LVS – ‘Tijdens corona is gebleken dat er met afstandsonderwijs veel kan, met ook goede resultaten. Iets wat voorheen absoluut niet mogelijk werd geacht. We hebben er nu een enorme ‘toolkit’ bijgekregen om passend onderwijs te realiseren. Voor kinderen die ziek zijn, een beperking hebben, fysiek niet naar school kunnen vanwege angststoornissen of andere problematiek hebben. Schermen, robots, plus een paar uurtjes per week thuis langskomen om het huiswerk door te nemen – het is de ultieme uiting van passend onderwijs. Ook re-integratie na lange absentie kun je zo mooi opbouwen.’
‘Natuurlijk hebben we als LVS altijd gekeken naar passend onderwijs op afstand. Nu de technische middelen er zijn, is het ook écht mogelijk. Eerst was het onderwijs nog wat terughoudend, maar nu denken scholen er vaak zelf al aan. Zij zijn zelf daarvoor verantwoordelijk. Als LVS zijn we er een warm pleitbezorger van en is het echt een onderdeel van onze werkwijze geworden: adviseren om een zo passend mogelijk onderwijsaanbod te realiseren. Maar alleen in gevallen waarin het écht noodzakelijk is.’
‘Onderwijs is ten slotte een verworven recht. Kinderen horen zo veel mogelijk naar school te gaan. Dat is goed voor hun sociaal-emotionele ontwikkeling, goed om te leren omgaan met andere kinderen en culturen. We spreken in Nederland over een participatiemaatschappij en integratie. Daar is de leerplichtwet óók voor, om kinderen mee te laten doen aan die samenleving. Je kinderen langdurig meenemen op reis, daar heb je bij wijze van spreken 6 weken zomervakantie voor. Onderwijs helpt stimuleren dat iedereen deelneemt aan deze samenleving!’