
Onderzoek GGD Zuid-Holland Zuid
Waarom vaccineren ouders hun kinderen wel of niet?
De GGD Zuid-Holland Zuid heeft inzichten verzameld over de houding en het gedrag van ouders van kinderen tot 18 jaar ten aanzien van het Rijksvaccinatieprogramma (RVP). De GGD legt een regionaal inwonerspanel periodiek vragen voor over gezondheid en leefomgeving. In april 2024 – en eerder in 2018 – kregen de ouders uit het panel een digitale vragenlijst over vaccineren.
Online vragenlijst
Ongeveer 1.200 inwoners uit de tien gemeenten vulden de vragenlijst in. Hoewel het inwonerspanel geen representatieve afspiegeling is van de regionale bevolking, geven de resultaten wel een goede indicatie. Ze zijn echter niet een-op-een te vertalen naar de gemiddelde inwoner.
Geen verschillen tussen gemeentes
Voor alle resultaten is gekeken of er verschillen zijn tussen de gemeenten, maar dit blijkt niet het geval te zijn.
Vervolgonderzoek
De resultaten zijn in november 2025 binnen de GGD ZHZ gepresenteerd. De projectgroep verhogen vaccinatiegraad RVP, waarin GGD ZHZ en Jong JGZ samenwerken, neemt de resultaten mee in de aanpak. Er komt een factsheet voor gemeenten, zodat zij op basis van de resultaten eventueel acties kunnen uitzetten. Ten slotte volgt er nog een kwalitatief onderzoek voor meer verdieping van de resultaten.
Wel/niet vaccineren kind(eren)
83% van de ouders geeft aan dat hun kind(eren) alle vaccinaties voor hun leeftijd heeft/hebben gehad;
2% geeft aan dat hun kind(eren) geen enkele vaccinatie van het RVP heeft/hebben gehad;
14% geeft aan dat hun kind(eren) sommige vaccinaties van het RVP heeft/hebben gehad of dat er verschillen zijn tussen kinderen in het gezin.
Wel/niet vaccineren ouders zelf
91% van de ouders geeft aan zelf volledig volgens het RVP te zijn gevaccineerd;
4% geeft aan deels te zijn gevaccineerd;
4% geeft aan helemaal niet te zijn gevaccineerd;
1% geeft aan het niet te weten of niet te willen zeggen.

Figuur 1: Percentage respondenten uit de tien gemeenten van Zuid-Holland Zuid.
Vaccineren om je kind te beschermen
Ouders werden gevraagd naar hun overwegingen om hun kind(eren) wel/niet te laten vaccineren (figuur 2 en 3). De meeste ouders geven aan hun kinderen te laten vaccineren:
- om ze te beschermen tegen ziekte;
- omdat ze vertrouwen hebben in vaccins;
- omdat ze het verspreiden van ziektes tegen willen gaan;
- om anderen in hun omgeving te beschermen.
Minder vertrouwen
In 2018 gaf 48% van de ouders aan vertrouwen te hebben in de overheid en het advies van de (jeugd)gezondheidszorg. In 2024 is dit percentage gedaald naar 34%.
Waarom niet vaccineren
Bij de beslissing om niet te vaccineren speelt een aantal factoren een rol. Zoals angst voor bijwerkingen, de opvatting dat vaccins stoffen bevatten die niet goed zijn voor de gezondheid en twijfels rond informatie vanuit de overheid. Religieuze overwegingen worden nauwelijks genoemd als reden om niet te vaccineren.
HPV minst genomen
De vaccinatie die het vaakst werd genoemd door ouders als vaccinatie die hun kind niet gekregen heeft, was de HPV-vaccinatie. Redenen om niet te vaccineren tegen HPV waren:
- Vaccinatie is te vroeg/niet nodig, want kind is op die leeftijd nog niet seksueel actief
- Vaccinatie is niet nodig, omdat vanuit de geloofsovertuiging een monogame leefstijl wordt verwacht en er geen (onbeschermde) seks vóór het huwelijk plaatsvindt.
- Deze vaccinatie recent is toegevoegd aan het RVP, voor jongens later dan voor meisjes; ouders denken daarom dat de langetermijneffecten nog niet bekend zijn.
- HPV-vaccinatie leidt mogelijk tot onvruchtbaarheid.
Redenen andere vaccinaties
Redenen die ouders aangaven om andere vaccinaties niet te geven, waren verschillend. Zoals het niet nodig/zinvol vinden om te vaccineren omdat er weinig risico op ziekte is, onderliggend lijden bij een kind, prikangst en allerlei praktische en organisatorische redenen zoals afspraak vergeten, priklocatie te ver, en het moment dat niet uitkomt.
Meer invloed sociale media
Welke bronnen ouders hebben geraadpleegd om tot hun beslissing te komen (tabel 3)?
- Jeugdarts of -verpleegkundige. Bijna de helft van de ouders gaf aan dat de jeugdarts of -verpleegkundige van het consultatiebureau als bron te hebben geraadpleegd.
- RIVM. Ook hebben veel ouders folders over vaccineren van het RIVM en de website van het RIVM geraadpleegd.
- Familie en/of vrienden. Ouders gaven aan voornamelijk familie en/of vrienden als sleutelfiguur te zien.
Ook was er geen verschil te zien ten opzichte van 2018, behalve dat sociale media nu een grotere rol spelen in de informatievoorziening van ouders.
Negatiever door COVID-19 pandemie
Inwoners is gevraagd of hun mening over vaccineren is veranderd door de COVID-19 pandemie.
- 86% van de ouders geeft aan dat hun mening niet is veranderd.
- Van de ouders bij wie de mening wel is veranderd (14%), veranderde dit in 72% van de gevallen van positief naar negatief over vaccineren. De meeste ouders geven daarbij aan geen vertrouwen (meer) te hebben in de overheidsinstanties vanwege de rol die ze hebben gespeeld tijdens de COVID-19 pandemie. Ook geven ouders aan dat bijwerkingen en schadelijke stoffen in vaccins hen weerhouden hun kind(eren) te laten vaccineren.

Figuur 2: Overwegingen van ouders om hun kind(eren) wel te laten vaccineren, uitgesplitst naar vaccinatiestatus.

Figuur 3: Overwegingen van ouders om hun kind(eren) niet te laten vaccineren, uitgesplitst naar vaccinatiestatus.

Figuur 4: Bronnen die ouders hebben geraadpleegd om tot hun beslissing over het vaccineren van hun kind(eren) te komen.
Legenda bij 2-3-4
Blauw = ouders van wie het kind/de kinderen volledig gevaccineerd zijn. Oranje = ouders van wie een deel van de kinderen volledig gevaccineerd is of van wie de kinderen een deel van de vaccinaties hebben gehad. Grijs = ouders van wie het kind/de kinderen helemaal niet gevaccineerd zijn. Ouders konden meerdere overwegingen en bronnen aankruisen.