Meerjarenbeleidsplan 2024-2027 in ontwikkeling
‘Niet blijven doen wat je deed, want dan krijg je wat je kreeg’
‘Het is een lang en zorgvuldig proces’ zegt Angelique Zoetekouw, strategisch beleidsadviseur bij de DG&J. Zij heeft het over de totstandkoming van het Meerjarenbeleidsplan 2024-2027 dat nu wordt voorbereid. ‘Met het oog op alle trends en ontwikkelingen moeten we niet in de valkuil trappen dat we hetzelfde blijven doen als in de vorige beleidsperiode, met hier en daar een onsje meer of minder,’ zegt ze. ‘Het moet fundamenteel anders, voor álle beleidsvelden.’
Het Meerjarenbeleidsplan (MJP) is een vierjaarlijkse cyclus. De tien gemeenten in de regio bepalen de kaders en geven hun ambities aan. Samen met de gemeenten vertaalt de DG&J deze naar een MJP. ‘We zitten nog redelijk aan het begin van het proces’, vertelt Angelique. ‘We hebben samen met gemeenten de belangrijkste trends en ontwikkelingen voor al onze taken in beeld gebracht. Daarbij hebben we ook gekeken naar de lokale akkoorden van de gemeenten. We zien een gedeeld beeld. Dit hebben we gecombineerd met kennis over de effectiviteit van beleid. Daar hebben we vervolgens acht leidende principes uit afgeleid voor het nieuwe MJP van de DG&J (klik hier). We zijn nu bezig met het ophalen van de ambities en prioriteiten van de gemeenten. Vanaf eind september hopen we dit samen met gemeenten en partners te concretiseren in doelen en resultaten. Dit leidt aan het einde van het jaar tot een concept-MJP. Naar verwachtingen kunnen we dan in het eerste kwartaal van 2024, na zienswijzen van de tien gemeentenraden, het MJP 2024-2027 vaststellen.’
Focus verschuift naar preventie
De komende jaren gaan fundamenteel anders worden voor alle beleidsonderdelen van de DG&J, verzekert Angelique, omdat de focus verschuift: van de achterkant naar de voorkant, naar preventie. Angelique: ‘Voor gezondheid zien we bijvoorbeeld dat de zorg de vraag niet meer aan kan. De enige oplossing is interventies naar voren verplaatsen, naar preventie, naar het domein van de gemeenten en GGD. Dat doen ook de GALA- en IZA-akkoorden. Vier jaar geleden begon deze verschuiving voorzichtig; nu wordt het verplicht. Ook voor LVS verschuift de aandacht van ‘handhaven’ naar ‘stimuleren van aanwezigheid’, vervolgt Angelique. ‘Inclusief voor de groepen die nu nog buiten het onderwijs vallen.’ Het derde beleidsveld, dat van de Serviceorganisatie Jeugd, kampt met lange wachtlijsten, complexere vragen en onbetaalbaarheid van het systeem. ‘In lijn met de landelijke Hervormingsagenda Jeugd wordt gekeken wat we regionaal en lokaal, aan de voorkant, beter kunnen doen,’ stelt Angelique. ‘Net als bij Veilig Thuis. Ook hier kan de expertise nog meer aan de voorkant worden ingezet. Met lokale teams proberen gezinnen op de rit te krijgen; dit liever dan achteraf via de Raad voor de Kinderbescherming. Bij alles is er dus een verschuiving naar voren, en komt er nog meer op het bordje van de gemeente’, vat Angelique samen.

Angelique Zoetekouw, strategisch beleidsadviseur bij de DG&J
Op weg naar een Rookvrije Generatie in 2040
Op Wereld Niet Rokendag, 31 mei, viel er een feestje te vieren in de regio Zuid-Holland Zuid: de laatste kinderboerderij werd ‘rookvrij’ verklaard. Goed nieuws, want hoe meer kinderen er in een rookvrije omgeving kunnen opgroeien, hoe beter! In mei 2021 werden al enkele andere initiatieven in het zonnetje gezet die een voorbeeld zijn voor onze regio. ‘We zijn dus goed op weg, maar we zijn er nog niet,’ onderstreept Marjola Engel, Projectleider Publieke Gezondheid. ‘In lijn met het Landelijk Preventieakkoord past het werken aan een Rookvrije Generatie in 2040 in de ambitie van het Meerjarenbeleidsplan van DG&J.’
Maatschappelijke trends laten invloed gelden
Ook maatschappelijke trends zijn van invloed op het werk van gemeenten en DG&J. ‘We hebben er enkele gedestilleerd,’ vertelt Angelique. ‘Bijvoorbeeld de trend dat de verschillen tussen bevolkingsgroepen toenemen. Met corona werd dat nog duidelijker. Eén op de zes Nederlanders heeft een achterstand heeft op één van de levensgebieden. Gaan we verder zoals we deden, dan geven we daar geen antwoord op en worden de achterstanden groter.’ Een tweede trend is dat het geld niet meebeweegt. ‘En als derde zien we dat de vragen complexer worden,’ vervolgt Angelique. ‘De problemen van inwoners omvatten vaak meerdere leefgebieden. De systemen sluiten daar niet op aan, wat kan leiden tot het afhaken van juist kwetsbare inwoners.’
Op weg naar een Gezonde Generatie in 2040
Met een nieuwe organisator werd de Avondvierdaagse in Dordrecht dit jaar een gezond feestje. Geen friteskraam bij de start, maar gezonde snacks en overal watertappunten. Het Jeugdjournaal van de NOS zette echter de verkeerde toon en vroeg de jonge deelnemers: ‘Hoort snoep er eigenlijk niet gewoon bij?’. ‘Ja’, zei bijna 85 procent. Jenna Davies, Regio coördinator JOGG, verzucht achteraf: ‘We hebben nog een lange weg te gaan tot aan de Gezonde Generatie in 2040.’
Collectieve factoren belangrijker dan individuele
Ten slotte is in de voorbereiding van het MJP ook gekeken naar wetenschappelijke onderbouwing voor de mogelijkheden om impact te maken. Angelique: ‘We zeggen vaak dat mensen eigen verantwoordelijkheid en een individuele keuze hebben voor hun gezondheid en ontwikkeling. Maar als individu blijk je op veel bepalende factoren helemaal geen invloed te hebben. Zoals het simpele feit dat waar je wieg staat, je kans op bijvoorbeeld wonen, onderwijs en gezondheid kan bepalen. Op die collectieve factoren heb je als individu geen invloed, maar overheden en andere maatschappelijke partners hebben dat wel. Dit besef wordt nu nadrukkelijker meegenomen in het nieuwe MJP. Door hier rekening mee te houden, kunnen we meer impact maken voor onze inwoners. Voor ons als DG&J betekent dit bijvoorbeeld dat we meer doelgroep- en gebiedsgericht willen gaan werken en meer in samenhang. Want we kunnen wel allerlei interventies aanbieden, maar dat landt natuurlijk niet als mensen geen perspectief hebben op inkomen of onderwijs.’
Achterstanden verminderen, kansen vergroten
Uit bovenstaande inzichten komen acht leidende principes die nu worden gebruikt om de activiteiten van DG&J tegen het licht te houden (klik hier). ‘We kijken kritisch naar alles wat we deden,’ benadrukt Angelique nogmaals. ‘Want als je blijft doen wat je deed, krijg je wat je kreeg.’ Dit zal leiden tot een MJP dat achterstanden wil verminderen en kansen wil vergoten, dat expertise inzet voor specifieke doelen, doelgroepen en gebieden, samen met gemeenten en domein-overstijgend samenwerkend. ‘Samen kijken hoe we elkaar kunnen versterken, hoe we krachten kunnen bundelen voor de beste mix aan interventies, voor meer impact,’ besluit Angelique. ‘De huidige dilemma’s vragen andere inspanningen van gemeenten en DG&J. Bovendien weten we dat het mogelijk financieel zwaar weer wordt. Daarom moeten we sámen keuzes maken en gaat zorgvuldigheid boven snelheid!’
Valpreventie op weg naar ‘Vitaal ouder worden’
Elk vijf minuten belandt een 65-plusser op de Spoedeisende Hulp na een val. ‘Dat brengt ontzettend veel leed, kosten en verlies van kwaliteit van leven met zich mee,’ zegt Kirsten van der Kuijp, Programmamanager Publieke Gezondheid bij de DG&J. ‘Soms komen mensen na een val niets eens meer thuis. Terwijl vallen voorkómen kan worden. Daarom is valpreventie in het Integraal ZorgAkkoord (IZA) één van de vijf ketenaanpakken. Als onderdeel van het bredere doelgroepgerichte programma ‘Vitaal ouder worden’ wordt het ook meegenomen in de voorbereiding van het Meerjarenbeleidsplan van de DG&J.