RVS geeft signaal en trapt ‘Op de rem’
‘Mentale volksgezondheid is geen individueel, maar een maatschappelijk probleem’
Het haalde alle media, talkshows en journaals. En misschien haalt het begrip ‘hypernerveuze samenleving’ ook nog wel de Dikke Van Dale als woord van het jaar 2025. Maar intussen is dit rapport van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving – met als titel: ‘Op de rem! Voorbij de hypernerveuze samenleving’ – bij velen alweer weggezonken in de waan van de dag. Terwijl de conclusies en aanbevelingen grote impact hebben, ook voor professionals in de publieke (geestelijke) gezondheidszorg en het sociaal domein. Een samenvatting*.
Scroll door ⬇︎
Onderzoeken over de jaren heen wijzen het steeds opnieuw uit: de mentale gezondheid van veel Nederlanders staat onder druk. De cijfers laten ook zien dat dit niet verbetert (zie kader). Voor de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) – een onafhankelijk adviesorgaan voor regering en parlement – was dit aanleiding een advies uit te brengen onder de titel: ‘Op de rem! Voorbij de hypernerveuze samenleving’. De RVS analyseert daarin drie maatschappelijke ontwikkelingen die bijdragen aan de ‘nervositeit’ van onze samenleving. Drie dynamieken die elkaar versterken en mentale belasting veroorzaken. Ze klinken niet onbekend: individualisme, prestatiedruk en versnelling.
Drie ontwrichtende dynamieken
De eerste dynamiek is die van een sterk individualisme, met een grote nadruk op het ‘ik’ in plaats van op het ‘wij’. De samenleving kent minder onderlinge samenhang, zoals die voorheen werd geboden door kerken, het verenigingsleven of grote families. Eenzaamheid en isolatie liggen op de loer, evenals de mentale druk dat succes een individuele prestatie is. En dat is de tweede trend: mensen worden voortdurend geacht zichzelf te managen, te optimaliseren, te verbeteren. Niet alleen in werk, maar ook privé, in relaties of hobby’s. ‘Meer doen in minder tijd’ en lekker efficiënt alles uit je dag halen. Vanuit bovenstaand individualisme gedacht, horen mensen bovendien zelfredzaam te zijn en zelf die prestatiedruk te kunnen weerstaan – de ‘zelfsturende prestatiesamenleving’ noemt de RVS dit (‘prestatiedruk’).
*Dit artikel vormt een samenvatting op hoofdlijnen. Het volledige rapport is te lezen op adviezen.raadrvs.nl.
Cijfers mentaal welbevinden
Uit verschillende onderzoeken noemt de RVS in haar rapport en advies de volgende cijfers:
- Het aantal mensen met een psychische aandoening is 26% (was in 2009: 17%)
- Van de bevolking kampt 43,7% met angst- en depressiegevoelens (was in 2014: 36%)
- Uitval van werk door psychische klachten, overspannenheid of burn-out is 8,3% (was in 2015: 5,7%)
- Ongeveer 84% van de volwassenen (18+) geeft zijn leven het cijfer 7 of hoger
- Van de jongvolwassenen (16-25 jaar) geeft 75,8% zijn leven een 7 of hoger (was in 2014: 86,2%)
- De vraag naar GGZ-hulpverlening is tussen 2009-2021 met 53% gegroeid
- Het aantal coaches in Nederland is in tien jaar tijd toegenomen van 40.000 naar 105.000
- De wachtlijsten in de GGZ zijn onveranderd lang: in 2024 stonden er meer dan 100.000 mensen op een wachtlijst
- Het aantal tienermeiden en jonge vrouwen dat met suïcide of zelfbeschadiging op de SEH komt, is in tien jaar tijd met 50% gestegen (van 4.000 in 2013 naar 6.000 in 2024).
Scroll door ⬇︎
Individuele interventie schiet tekort
De derde dynamiek is die van de versnelling, van het ‘voortdurend aan moeten staan’. Alles moet snel en alles kán ook snel door technologische innovaties: een online bestelling hebben we vandaag nog in huis. Maar die versnelling leidt wel tot stress, tijdgebrek, weinig ademruimte, weinig tijd voor reflectie of lummelen (even uitstaan). Het is in de woorden van de RVS daarom een ‘belemmerende versnelling’. In het rapport laat de raad zien hoe deze dynamieken werken in drie domeinen: onderwijs, werk en zorg. Weliswaar is er beleid en hulpverlening met interventies die mensen kunnen ondersteunen in hun mentale belasting. Maar, stelt de RVS, dat is allemaal gericht op het versterken van de individuele weerbaarheid, het vergroten van de veerkracht en het ermee leren omgaan (coping-vaardigheden). Belangrijk, maar dat pakt niet de oorzaken aan, de diepere maatschappelijke structuren die tot die mentale belasting leiden.
De drie ‘V’s’: verbinding, verscheidenheid, vertraging
Waar pleit de RVS dan voor? Voor een collectief ‘op de rem trappen’ en voor een fundamentele sociaal-culturele verandering. In die cultuurverandering moeten drie kernwaarden centraal staan: verbinding, verscheidenheid en vertraging. Meer sociale samenhang en gemeenschapszin kan de mentale belasting van mensen verlichten, als er empathie wordt ervaren, ervaringen gedeeld kunnen worden en er een ondersteunend sociaal vangnet is. Als vervolgens niet uniformiteit de norm is (‘je moet meedoen’, ‘je moet presteren’), maar er ruimte komt voor verscheidenheid in levensstijlen, tempo’s, behoeften en waarden, kan dit voorkomen dat mensen buiten de boot vallen. En door ‘vertraging’ bewust te structureren in scholen, werk en zorg – pauzes, langzamere processen, lege tijd, contemplatieve ruimtes – ontstaat er creativiteit en veerkracht. Niet stoppen dus, maar bewust afremmen om beter, zachter en duurzamer vooruit te kunnen.
GGD ZHZ zoekt de verbinding
Het rapport en de constatering van de RVS rond een hypernerveuze samenleving herkennen we als GGD Zuid-Holland Zuid. De mentale gezondheid van jongeren en jongvolwassenen staat al enkele jaren centraal binnen de Dienst Gezondheid & Jeugd.
In de Gezondheidsmonitor Jeugd en Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen laat de GGD zien welke vraagstukken er in de regio spelen. Tijdens twee eerder georganiseerde symposia – in oktober 2023, in samenwerking met Thijs Launspach over de VUCA-maatschappij, en in 2024 samen met het Trimbos-instituut over de ‘Bouwstenen voor effectief mentaal gezondheidsbeleid’ – hebben we de verbinding gezocht met regionale en lokale partners om gezamenlijk met deze vraagstukken aan de slag te gaan.
Ook in 2026 blijven we investeren in de mentale gezondheid van kinderen, jongeren en jongvolwassenen in onze regio. Zo zetten we vanuit Gezonde School opnieuw in op de interventies ‘Saar is niet gek’ en ‘Youth Mental Health First Aid’. Daarnaast ondersteunen de Doorstroomcoaches kwetsbare jongeren en biedt LVS extra hulp. Kortom: het rapport over de volksgezondheid geeft gewicht aan de dingen die we (gaan) doen! Wilt u weten waar we verder op inzetten? Neem dan via e-mail contact op met het expertiseteam mentale gezondheid (E: gb@ggdzhz.nl).
Maatschappelijk probleem vraagt beleidswijziging
De uiteindelijke conclusies van de RVS zijn helder. De hypernerveuze samenleving houdt zichzelf in stand, omdat iedereen het normaal is gaan vinden. Daarom is een sociaal-culturele verandering noodzakelijk. Want de mentale volksgezondheid is voor alles een maatschappelijk probleem, geen individueel probleem. De huidige individuele aanpak gericht op ‘coping’ is dus niet toereikend. Er is een koerswijziging op beleidsniveau nodig om ‘verbinding’, ‘verscheidenheid’ en ‘vertraging’ te verankeren. Structureel beleid voor mentale gezondheid, met een sturende rol voor de overheid om kaders, financiering en wetgeving te realiseren. Idealiter ziet de RVS dat alle overheden verplicht worden mentale volksgezondheid in beleidsplannen op te nemen (‘Mental Health in All Policies’) en dat de Wet Publieke Gezondheidszorg wordt aangepast om dit te borgen. Ook de geestelijke gezondheidszorg moet rustiger en minder gehaast worden: minder gericht op snelle individuele interventies, met meer aandacht voor preventieve, collectieve, structurele publieke geestelijke gezondheidszorg. En ten slotte, meent de raad, hoeven gemeenten, scholen, werkgevers en zorginstellingen hier niet op te wachten. Ze kunnen nú al beginnen met het inroosteren van ‘lege tijd’, het bevorderen van verbinding, het bespreekbaar maken van prestatiedruk en het vertragen van processen.
Iedereen nodig voor meer ontspanning
De RVS wilde met het rapport een maatschappelijk signaal afgeven en oproepen tot een diepgaande transformatie van cultuur, structuren en beleid. Ze is zich ervan bewust dat dit een collectieve inzet vereist, met durf en langdurig commitment. Maar de stip op de horizon is het waard: deze fundamentele heroriëntatie zal leiden tot een betere mentale volksgezondheid en daarmee tot een samenleving die duurzamer, menselijker en weerbaarder is.